
Beleggingsvisie april 2018
| VisieDe tijden van langzaam maar gestaag oplopende aandelenbeurzen met weinig beweeglijkheid liggen voorlopig achter ons. Toch zijn de beursbewegingen van de laatste twee maanden in historisch perspectief niet zo uitzonderlijk. Kijken we alleen naar de kille cijfers, dan zien we dat de Nederlandse AEX-index in maart ‘slechts’ 1,1% heeft ingeleverd, terwijl het gevoelsmatig waarschijnlijk veel erger leek.
Elders in de wereld waren de koersuitslagen groter; met name in de Verenigde Staten kregen de technologie-aandelen rake klappen. De tech-reuzen, zoals Google en Facebook, zijn belangrijk in de Amerikaanse en wereldwijde aandelenindices en zijn daarom medebepalend voor de beursstemming in alle delen van de wereld.
Handelsoorlog?
De aandelen van deze ondernemingen ondervonden forse koersdruk nadat de Amerikaanse president Trump protectionistische maatregelen tegen China afkondigde, die met name in de tech-sector gevoeld zullen worden. China heeft inmiddels tegenmaatregelen afgekondigd. Een mogelijke handelsoorlog is het laatste waar beleggers op zitten te wachten. Daarnaast zorgden de mogelijke gevolgen van gegevensmisbruik van Facebook-data ook voor winstnemingen in de sector. Deze ontwikkelingen resulteerden in ieder geval in een hogere beweeglijkheid van de aandelenmarkten, en we verwachten dat deze nog even aan zal houden.
Renteverhoging VS geen verrassing
De Fed, het Amerikaanse stelsel van centrale banken, verhoogde zoals verwacht de rente. Het was vooral spannend wat de nieuwe voorzitter Powell zou gaan zeggen over de toekomstige renteverhogingen, maar deze bevestigde slechts het eerder ingezette beleid van geleidelijke renteverhogingen. De ontwikkelingen op de aandelenmarkten in Europa en Azië hingen in maart vooral af van wat er in de VS gebeurde.
Opkomende landen verlaagd
We hebben onze verwachting voor aandelen van opkomende landen verlaagd. We verwachten dat juist de opkomende landen last gaan krijgen als de handelsoorlog tussen de VS en China zich verder uitbreidt. Ontwikkelde markten hebben nog wel een licht positieve weging. Tezamen is het gewicht voor aandelen nu neutraal.
Voorkeur voor obligaties van opkomende landen
In maart daalde de kapitaalmarktrente in zowel Europa als in Amerika, waardoor de categorie staatsobligaties voor het eerst dit jaar een positieve maand beleefde. Risicovollere obligatiecategorieën zoals high yield-obligaties gingen met de onzekerheid op de aandelenmarkten mee omlaag. Bedrijfsobligaties hebben we in maart wel iets opgehoogd als alternatief voor een lager gewicht in aandelen van opkomende landen. Deze obligaties leveren nog steeds een iets hogere rente op dan spaargeld. Europese bedrijfsobligaties worden tot op heden nog gesteund door aankopen vanuit de Europese Centrale Bank.
De totale categorie obligaties geven we nog steeds een minder dan gemiddeld gewicht. Dat komt vooral doordat we aanhoudend negatief zijn over de verwachtingen voor staatsobligaties. High yield-obligaties geven we ook een lager dan gemiddeld gewicht, terwijl we vanwege de hogere rentevergoeding obligaties uit opkomende landen nog wel interessant vinden. Wel hebben we het gewicht van deze categorie iets teruggebracht om de risico’s te verkleinen.