
Kennisoorlog
| VisieMijn idee vanuit Hongkong over “de handelsoorlog”: China gebruikt het handelsconflict met de Verenigde Staten om sympathie in diplomatieke kringen te kweken. In het streven een wereldmacht te worden en de VS te onttronen, is het af en toe gepast om de zachte kant van China te laten zien en niet over te komen als een stelletje ouderwetse semi-communistische ijzervreters.
Nu minister Mnuchin waarschijnlijk naar China gaat om te onderhandelen, wordt er achter de schermen gewerkt aan een zogenaamde “win-win”. Xi geeft enkele tariefsverlagingen aan de VS en Trump kan daarmee victorie kraaien. China lijdt daar nauwelijks onder, want na zoveel jaren bescherming kunnen de Chinese bedrijven in de meeste sectoren ook concurrerend zijn zonder de tariefmuur. Aan de andere kant komt Xi door verdere opening van de Chinese markt op het internationale platform over als moderne voorvechter van de vrije handel. Zijn aankondiging van directe toegang tot China voor automobielproducenten (nu kan dat alleen via een joint-venture) is met veel gejuich ontvangen.
High-tech
De enige manier waarop Trump China echt kan treffen, is via de high-tech. China heeft decennialang op legale en illegale wijze technologische kennis uit het westen verworven en kan nu bijna alles zelf maken. Toch zit er in de VS nog cruciale kennis die China ontbeert. Omdat China zeker van plan is de VS in te halen op technologisch gebied, zit dat de Chinezen niet lekker.
Wetenschappers
De echte handelsoorlog gaat dus niet over staal of sojabonen, maar om technologische kennis en de vrees afhankelijk te worden van elkaars technologie in de wereld van big data. Daarom wordt er ook gevochten om de high-tech wetenschappers. Veel Amerikaanse high-tech bedrijven (en dan gaat het niet alleen om computers, maar ook om biotechnologie) hebben een flink contingent in Amerika opgeleide Chinese wetenschappers in dienst.
Verleiden
hina probeert deze nu met aantrekkelijke voorwaarden te verleiden om terug te komen naar het moederland. Ook Taiwan heeft daar flink onder te lijden, want daar zitten eveneens veel bedrijven met leidende researchers. Eind februari kwam China met een pakket van maatregelen om specifiek Taiwanezen te verleiden naar het vasteland te komen. Het betreft met name gesubsidieerde huisvesting en belastingvoordelen. Zelfs uit Japan weet China wetenschappers te verleiden. En naast een fijne woning en een golflidmaatschap gaat het in dit gevecht uiteraard ook om geld.
Betere salariëring
In een recente vergelijking van Hays blijkt dat China betere salariëring biedt voor sleutelfuncties. Een research director in de elektronica verdient een slordige EUR 100.000 in Japan, maar in China wel het dubbele. Een Chief Information Officer in een IT-bedrijf kan in China EUR 350.000 verdienen, terwijl een vergelijkbare persoon in Japan EUR 190.000 toucheert. Duidelijk is dat China geen lage-lonenland meer is. Taiwan, Japan en Hong Kong zijn dat tot op zekere hoogte nog wel en China maakt daar graag gebruik van om zijn kenniseconomie te versterken. Best slim!
Deze column is eerder gepubliceerd op DFT.nl