Robo-boer heeft de toekomst

Voor veel mensen is een drone prachtig speelgoed. Maar voor boeren is het vliegen met zo’n robot een nuttige bezigheid in plaats van een leuk tijdverdrijf. Van bovenaf kunnen ze snel zien als gewassen ergens minder goed groeien door watergebrek. Met infraroodbeelden is het mogelijk om ongedierte op te sporen, terwijl drones eventueel ook dienst doen voor het sproeien van gewasbescherming. Uit een enquête onder Amerikaanse boeren die landbouw-website Agweb twee jaar geleden uitvoerde, bleek dat ruim de helft van deze groep al drones gebruikt of daar binnen enkele jaren mee begint.

Ook in andere opzichten neemt technologie het boerenbedrijf steeds meer over. Op sommige boerderijen schakelt kunstmatige intelligentie bijvoorbeeld al automatisch de sproei-installaties in als digitale bodemsensors aangeven dat het vochtgehalte in de grond te laag is. De technologische revolutie op de boerderij is hard nodig. Het aantal wereldbewoners neemt in de periode tot 2050 met een derde toe, terwijl klimaatverandering ertoe leidt dat oogstopbrengsten onvoorspelbaarder worden door droogte of overvloedige regenval.

Gaat de innovatie snel genoeg om met de beschikbare hoeveelheid landbouwgrond de groeiende wereldbevolking te voeden? Het zou zomaar kunnen dat die vraag nooit beantwoord hoeft te worden. De kans is namelijk groot dat we in de toekomst steeds meer gewassen eten die gekweekt zijn zonder dat er aarde aan te pas komt. Al in de negentiende eeuw ontdekten wetenschappers dat planten ook groeien in water of zelfs waterdamp, als daaraan voldoende voedingsstoffen zijn toegevoegd.

Met deze kweekmethode is het mogelijk is om meerdere gewassen boven elkaar te telen. Speciale groeiverlichting neemt de rol van de zon over. In de Verenigde Staten zijn sommige leegstaande opslagloodsen en andere gebouwen al omgebouwd tot voedingsfabriek. In New Jersey staat al een grote binnenboerderij, die jaarlijks ruim een miljoen kilo groente levert. Het waterverbruik ligt 90% lager dan bij een normale boerderij. Dat dat geldt ook voor de vervoerskosten: binnen een straal van enkele kilometers wonen miljoenen consumenten.

Wie iets meer moeite wil doen voor een gezonde, organische maaltijd, hoeft straks zelfs niet eens meer de deur uit. Een Duitse bedrijfje heeft een minikas ontwikkeld die ongeveer even groot is als een vaatwasser. Via speciale belichting en het tot maar liefst twaalf keer per dag toedienen van water en voedingsstoffen wordt continu het ideale lenteweer nagebootst. Hierdoor heb je in eigen keuken altijd groente bij de hand. De groeiende aandacht voor voeding gaat dit soort ontwikkelingen de komende jaren veel meer in de schijnwerpers zetten. Met RobecoSAM Sustainable Healthy Living Equities kan je daar vandaag al op inspelen.